Alleen kleuren van de pakken zijn veranderd
Alsof de tijd had stilgestaan. Alsof er niets was veranderd. Zo stond Jan Maarten Heideman gisteren op de ijsbaan in Utrecht weer als eerste op het podium....
Aan de start van het nieuwe seizoen werd een grote omslag voorspeld, ingegeven door de verregaande professionalisering van het marathonschaasten. Maar het enige verschil ten opzichte van het vorige seizoen was de kleur van de pakken. Heideman verruilde het rood-witte van Klerk's voor het blauwe pak van Wehkamp, Angenent vond in Frisia een nieuwe werkgever.
Ook de rondetijden bleven achter bij de hooggespannen verwachtingen. De vijfenvijftig minuten die de rijders over de eerste honderd ronden van het seizoen deden, lag zelfs een beetje boven het gemiddelde van vorig jaar. 'Gelukkig maar', zei Heideman. 'De ontwikkelingen zijn leuk, maar het moet wel marathonschaatsen blijven. Er zijn nog steeds mensen die erbij werken.'
Heideman combineert het schaatsen met een halve baan als fysiotherapeut. Net als Angenent en Borst die respectievelijk spruiten en bloemen in deeltijd kweken. Angenent: 'Eigenlijk is er dus weinig veranderd. Ik denk dat wij drieën er wel voor zullen vechten dit seizoen.' Dat was nauwelijks een verrassing. Vooral van de miljoenenploeg Frisia waren de verwachtingen vooraf hoog gespannen. 'Onzin', vond René Ruitenberg, die tijdens de persconferentie moeite deed het enthousiasme wat te temperen. 'Daar klopt helemaal niks van, we hebben een waardeloze ploeg.'
Ruitenberg tekende dit seizoen een zeer lucratief contract bij zijn nieuwe werkgever, zodat hij zich de komende zes jaar volledig op het schaatsen kan richten. Ook het skeeleren werd daardoor naar het tweede plan gebracht. 'Vorig jaar was ik na de Weissensee helemaal niks meer. Ik stapte zo van het skeeleren in het schaatsen, waardoor ik me nauwelijks op het schaatsen kon voorbereiden. Nu kan ik me volledig op de winter richten.'
De ploeg bereidde zich in tegenstelling tot andere formaties niet in het buitenland, maar in Dronten voor op de seizoensopening. 'Hoogtestage helpt toch niet gedurende een heel seizoen', zo redeneerde Ruitenberg. 'En in Dronten kun je net zo goed aan teambuilding werken als in Calgary.'
De leden van zijn nieuwe ploeg, Piet Kleine, Jan Eise Kromkamp en Angenent, lopen al een flink aantal jaren mee, en hebben bij elkaar een indrukwekkende rij overwinningen achter hun naam staan. Volgens Ruitenberg is dat echter geen garantie voor succes. 'Het lijkt heel wat op papier, maar of het ook iets is, moet nog maar blijken.'
Zelf miste hij de tweede slag, terwijl zijn ploegmaat Angenent in de eindsprint net te kort kwam. Angenent, vorig jaar winnaar van de KNSB-Cup, maakte deel uit van een groep van achttien man die al vroeg in de wedstrijd een ronde op het peloton pakte. Terwijl achter de koplopers de rijders bij bosjes uitvielen, vormde zich twintig ronden voor het einde voorin opnieuw een kopgroep. Acht rijders dubbelden het peloton voor de tweede keer.
Wehkamp was met twee rijders het best vertegenwoordigd en Heideman kon daardoor zijn faam van begenadigd sprinter meer dan waarmaken. Terwijl Borst een ronde voor het einde de sprint al aantrok, ging Heideman er in de laatste bocht hard overheen. Met grote voorsprong reed hij op de finish af.
Gemord werd er al wel her en der, over de wijze waarop Wehkamp het marathonschaatsen domineert. Op papier telt de formatie weliswaar het maximale aantal van vier rijders, in de praktijk zijn het er zes. Henri Ruitenberg en Arno Winters rijden in andere pakken, maar horen wel bij de ploeg.
Dat wordt door de critici nog oogluikend toegestaan. Het duo vormt toch geen echte bedreiging. Maar als ook langebaanrijders Veldkamp, Sajoetin en Ten Kortenaar, eveneens gesponsord door het postorderbedrijf, dit seizoen het ijs zullen betreden, zal er zeker aan de bel worden getrokken over die oneerlijke concurrentie.
Vooralsnog geven zij echter de voorkeur aan de langebaan. Zoals de marathonrijders eigenlijk allemaal de voorkeur geven aan het rijden van wedstrijden op natuurijs. Ook in Utrecht werd gisteren trouwens over weinig anders gesproken.
Eigenlijk is er helemaal niks veranderd.